Brief aan Sigrid Kaag
Beste Sigrid Kaag,
Je mag dan wel aangekondigd hebben dat je de Nederlandse politiek gaat verlaten, maar je bent nog niet weg. Tot op de dag van vandaag ben je vicepremier van Nederland en is D66 de tweede grootste politieke partij. Mark Rutte is als premier net zo demissionair als dat jij, en alle andere kabinetsleden dat zijn.
De afgelopen weken kwamen herinneringen naar boven, ook aan ons telefoongesprek in 2012. Als Tweede Kamerlid op werkbezoek in Israël en Palestina, heb ik bedankt voor een persoonlijke ontmoeting. Weet je nog waarom? Laat ik het nogmaals, en dit keer nog openhartiger, met je delen.
Twee weken lang heb ik mensen ontmoet over het gehele spectrum: van Dani Dayan tot een Palestijnse jongen van 12 jaar geketend op een bankje voor de rechter omdat hij een steen gooide. Toen ik jou aan de lijn kreeg, was ik al tot de conclusie gekomen dat niet de Palestijnen, niet de Joden, niet de Israëli’s, zelfs niet de staat Israël, de oorzaak en het voortdurend probleem in Palestina zijn. Het zijn landen in de Westerse (Europese) wereld met al hun pretentieuze instituties, die dit hebben gecreëerd en moedwillig in stand houden met een eigen agenda in macht en politiek.
Opgelucht dat het niet gaat om het kiezen van een partij – alsof het een voetbalwedstrijd is: vóór Israël of vóór Palestina – voelde ik de laatste dagen van mijn reis woede en angst. Woede en angst voor het antwoord op de vraag: waarom racisme met bijbehorende koloniale mentaliteit nog hoogtij viert in landen zoals Nederland? Voor mij was jij het voorbeeld van mensen die dit zien, begrijpen – hoe kan het anders met jouw professionele werkervaringen – en hier niets tot weinig wat aan (lijken te kunnen) doen.
Waarom? Daar kan – zeker nu – alleen jij antwoord op geven. Ik kan alleen aangeven dat de afgelopen weken bevestigen wat ik toen al dacht. De afgelopen weken zijn voor mij – als oud-marineofficier, award winnende ambtenaar en oud-Kamerlid, met ouders die heel hun leven keihard hebben gewerkt en Nederland hebben helpen opbouwen – zwaar, emotioneel en pijnlijk. Het einde lijkt ook niet in zicht. Sterker nog, het is duidelijker dan ooit dat racistisch Nederland de koers van het land bepaalt.
De Nederlandse macht, politiek en media heeft het al langer gemunt op Moslims; vervang het woord “Palestijnen” en de boodschap is helder. Voor wie een beetje logisch kan nadenken, is de aankomende verkiezingen in ieder geval één ding helder: met 24 zetels, een vicepremier, een minister van defensie, een kamervoorzitter en meer kabinetsleden – stelt het allemaal weinig voor en een stem op D66 is sowieso een verloren stem.
Nog steeds lid van D66, kijk ik met tranen over mijn wangen naar hoe baby’s, kinderen, vrouwen, mannen, oma’s en opa’s worden afgeslacht en weggejaagd. Er zit niets anders op om als tweede generatie Marokkaanse in Nederland, dochter van immigranten, werk te maken van een nieuw leven in een ander land. Een land waar ik me minder zorgen hoef te maken als Moslima, en de kans op racisme en antisemitisme aanzienlijk lager is: een land in het mondiale Zuiden.
Ondanks al deze woorden, wens ik je niets dan goeds toe. Vergeet niet, er is maar één ras: het menselijk ras. Racisme heeft rassen uitgevonden.
20 Oktober 2023